Home > Blog
Zoek
Scherpe vraagprijs betekent hogere opbrengst

Onderzoek naar verband vraagprijs en opbrengst bij woningverkoop.

De Amsterdam School of Real Estate heeft in opdracht van de NVM onderzocht welke woningen snel worden verkochte en welke (te) lang in de markt blijven staan.

Vraagprijs:
Als verkoper van een woning heeft u op een aantal aspecten geen invloed. Bijvoorbeeld dat uw woning aan een drukke, doorgaande weg ligt of in een minder prettige buurt. Op andere factoren heeft u juist wel een grote invloed. Zo kunt u ervoor zorgen dat uw woning er goed uitziet en in een goede staat van onderhoud verkeert.

De belangrijkste factor binnen uw invloedssfeer is echter de prijs. Uit het onderzoek is gebleken dat wie zijn woning tegen een te hoge vraagprijs in de markt zet, een  significant grotere kans loopt dat de woning lang te koop blijft staan. Eén of meerdere prijsverlagingen later moet deze woning vervolgens ver onder de marktwaarde verkocht worden.

Het onderzoek heeft zich gericht op de typische kenmerken van snel verkopende woningen (zgn. cherries) en het langdurige aanbod (zgn. props).

Een aantal conclusies uit het onderzoek van de Amsterdam School of Real Estate:

Een scherpe vraagprijs is allesbeslissend voor de uiteindelijke opbrengst. Props hebben een gemiddelde vraagprijs van 10% boven de reële marktwaarde, terwijl cherries gemiddeld slechts 3% boven de marktwaarde worden aangeboden. Gemiddeld worden props 4% onder de marktwaarde verkocht en cherries slechts 1%.

Wie zijn vraagprijs te hoog inzet, loopt een grote kans dat de woning langer onverkocht blijft en dat hij als verkoper uiteindelijk met een lagere opbrengst genoegen moet nemen.

  • Het snelst verkocht worden tussenwoningen, hoekwoningen, benedenwoningen en maisonnettes.
  • Gemiddeld staan portiekflats, gallerijflats en vrijstaande woningen langer te koop.
  • Grotere en/of duurdere woningen hebben een groter risico om prop te worden.
  • Wanneer een woning in stedelijk gebied ligt wordt deze sneller verkocht dan dezelfde woning in landelijk gebied.
  • Hoe nieuwer de woning, hoe groter de kans om prop te worden. Een leuke "jaren 30" woning wordt sneller verkocht dan een standaard hedendaagse blokkendoos. Daarbij valt op dat woningen van na 1990 het slechtst af zijn.

Het is dus zaak dat u, in overleg met de makelaar, een zeer realistische vraagprijs vaststelt. Het verhaal dat je 10% boven de marktwaarde zou moeten vragen, kunnen we derhalve naar het land der fabelen verwijzen. Wanneer u het huis dat u gaat verkopen korter dan 5 jaar geleden zelf heeft gekocht, is de kans reëel dat er niet of nauwelijks sprake is van overwaarde. Bij woningen die na 2008 gekocht zijn is er vaak zelfs sprake van waardevermindering. Wees hierop voorbereid en verwacht niet meteen dat de goudschepen binnenkomen. Realisme is in de huidige woningmarkt een betere houding dan optimisme.

De verlaging van de overdrachtsbelasting van 6% naar 2% betekent helaas niet dat u als verkoper een 4% hogere vraagprijs kunt gaan hanteren. Hoe jammer ook voor u, maar dit voordeel is echt bedoeld voor de koper. Overigens gaat de overdrachtsbelasting nooit naar de verkoper, dus u wordt er in geen enkel geval wijzer of slechter van. Of het nu 2% of 6% is.

Conclusie:

Met een reële vraagprijs, de juiste marketing en een woning die er goed uitziet, durven wij de stelling aan dat uw woning binnen 6 maanden verkocht moet kunnen zijn tegen een goede prijs.

| 13-07-11 | 00:00 | 0 Reacties

Plaats een reactie

Naam: 
E-mail: 
Reactie: 
  Vul het nummer links hieronder in:

Zoeken

NEEM CONTACT MET ONS OP